SEUL SUR LE MONDE
ALLEEN OP DE WERELD?
Iedereen kent denk ik wel het verhaal van de Nederlandse scholier, die tijdens zijn mondeling examen Frans op de vraag hoe het bekende, door hem ‘gelezen’ werk van Hector Malot heette, antwoordde: ‘Seul sur le monde’, de letterlijke vertaling van de Nederlandse titel ( Alleen op de wereld) van Sans famille. Hij had niet de moeite genomen de Franse versie zelfs maar in te kijken. Hiermee gaf de leerling blijk van een combinatie van twee eigenschappen die ik tegenwoordig nogal eens denk aan te treffen in het sociale domein: luiheid en onnadenkendheid. Ik moet dan altijd denken aan dit verhaal.
Een paar voorbeelden, eerst maar eens uit het openbaar vervoer, want daar liggen ze voor het oprapen.
IN DE TREIN
De man, knotje in het haar, zwart mutsje (beanie?!) daaroverheen, die in een overvolle coupé een half uur lang luid en duidelijk telefonisch verslag uitbrengt van de workshop die hij net heeft gegeven, waarbij herhaaldelijk woorden vallen als ‘energizer’, ‘groepsgevoel’, ‘casussen’ en ‘positieve feedback’: denkt hij nu echt dat wij, overige passagiers, daarop zitten te wachten? Vindt hij zichzelf zo interessant dat hij dat wil etaleren? Seul sur le monde, denk ik dan. De man die haastig de deur naar de coupé opengooit en wegbeent zonder achterom te kijken of er misschien nog iemand achter hem loopt, waardoor de ongelukkige volgende passagier die deur vol in het gezicht krijgt. Seul sur le monde.
IN EN UIT DE TREIN
De moeder die haar onwillige peuter de trein in duwt, waarna ze op hoog volume langdurig met hem in discussie gaat. Seul sur le monde, die moeder. Want ik heb haar gedurende de hele reis niet één keer tegen haar kind horen zeggen dat het misschien wel wat zachter zou kunnen, omdat er nog meer mensen in de trein zitten. De uitchecker, die pal voor de poortjes blijft staan en dan op zijn of haar dooie gemak naar het pasje begint te zoeken, zich niet bekommerend om de honderd anderen die ook graag naar huis willen door dat poortje. Seul sur le monde.
OP STRAAT
Maar ook buiten het openbaar vervoer zijn er voorbeelden te over . Bij een grote, druk bezochte sporthal staat pal voor de deuren, dwars op de looprichting, een fiets geparkeerd, zo’n modieuze zware. Het is bijna niet mogelijk om er niet over te struikelen. Ik heb een tijdje staan wachten tot er iemand zou komen die in razernij het hele geval ver weg zou smijten, maar helaas. En zelf heb ik er jammer genoeg de kracht niet voor. Wat beweegt iemand om zijn fiets zo neer te zetten, waar er twee meter verderop legio fietsenrekken zijn? Seul sur le monde.
De dames die al pratend de hele stoep in beslag nemen en niet op het idee komen om even aan de kant te gaan voor tegenliggers, waardoor die gedwongen zijn op de rijweg te gaan lopen. Seul sur le monde.
De wandelaars, die luid telefonerend door het bos trekken en niet teruggroeten. Seul sur le monde.
En zo kan ik nog wel even doorgaan. Ik ergerde me er vaak ontzettend aan, maar sinds ik voor dit verschijnsel een naam heb gevonden, is dat veel minder geworden. Ik mompel tegenwoordig alleen nog in mezelf: ‘Seul sur le monde’ en dat helpt.
Maar toch denk ik regelmatig: wat zou onze monde een stuk leuker zijn als we ons allemaal wat minder seul zouden gedragen…