HIJ IS ER!! Mijn dichtbundel ‘Ruimte en beweging’.

Zoals ik al eerder aankondigde: mijn dichtbundel is verschenen! Op de elfde van de elfde om elf uur was er een presentatie bij mijn plaatselijke voortreffelijke boekhandel Blokker. Nee, daar verkopen ze geen huishoudelijke artikelen, alleen boeken en nog eens boeken. Er waren ongeveer vijftig mensen en Arno Koek, eigenaar van de boekwinkel, interviewde mij. Dat was ontzettend leuk! Heel ontspannen, er werd veel gelachen. Tussendoor las ik enkele gedichten voor en lichtte ze toe. Het was een heel bijzonder gevoel om daar te zitten, met een stapel van mijn eigen boeken naast me, en te praten over mijn gedachten en ideeën.

Opeens besef je dan: het is echt, het is niet langer een droom of een fantasie en dat is fijn, maar ook wel een beetje spannend. 

Om jullie een indruk te geven hierbij wat foto’s van het grote moment. 

Nieuwsgierig geworden? Je kunt mijn boek bestellen via je eigen boekhandel , via bol.com of rechtstreeks bij mij. 

Als voorproefje een paar gedichten:

Ine-Zanting-bij-boekhandel-Blokker

DODE VOGEL

Wat hield ik van de vogel voor mijn raam die
‘s ochtends vroeg mijn zorgen weg kwam zingen
en ‘s avonds nog een late serenade bracht
nu ligt hij in het gras en zingt niet meer
hij vliegt niet meer omhoog, zijn vleugels zijn gebroken
mijn kleine trouwe vriend, niet op de dood bedacht
was het een ongeluk, een kat, een soortgenoot
geweest, dan had ik kunnen treuren
maar dit: een windbuks die hem doelbewust
puur uit verveling naar beneden schoot
maakt dat ik bang ben en bewegingloos
en niets vind om mijn dag te kleuren

WOORDEN I

Soms kunnen woorden beter
thuisblijven
ramen dicht, deur
op slot
met woorden kun je geen hazen vangen
die sierlijke dieren zijn  al weg-
gesprongen
voor het eerste woord
je mond heeft verlaten
verborgen verbeiden zij de veilige stilte
hun lange lepels alert gestrekt.

ZOALS

Zoals
een zeepok onder de waterspiegel
aan de romp van een schip
alle afweerverf ten spijt
of zoals
een draad met een paar vinnige steekjes
vastgezet om te beginnen aan de reis
langs de zoom van een zeegroene zijden jurk
of zoals ik aan jou
maar na de zeereis altijd het dok
na de zoom de schaar
zo ook
zo ook?
o mijn zeekasteel mijn zachtzijden jurk
mijn liefje
laat me niet los
laat zee en zoom oneindig zijn
als zachtgroene zijde

Ruimte en Beweging.

Voor wie geïnteresseerd is: je kunt mijn bundel ‘Ruimte en beweging’ bestellen bij je plaatselijke boekhandel, bij mijzelf of via internet. Om je een idee te geven, laat ik hier enkele gedichten volgen.

 

 

KRIMPT ONZE TAAL?

Na vier jaar afwezigheid op school (want met pensioen) ben ik terug in het onderwijs op mijn oude school in Amsterdam: docenten Nederlands zijn zeer schaars…En het kan toch niet zo zijn dat eindexamenkandidaten vwo geen les krijgen?! Dus daar ben ik weer en als je dan door de gangen loopt vang je hier en daar stukjes conversatie op.  Die conversatie klinkt alweer anders dan vier jaar geleden. Daarbij vraag ik me iets af: is onze taal aan het krimpen?

Voorbeeld 1. vraagt de ene leerling: ‘Waar ga je?

antwoordt de andere: ‘wij gaan aula’

Voorbeeld 2. vraagt de ene leerling: ‘Wat?’

antwoordt de andere: ‘Nee!’

Voorbeeld 1 kan ik nog wel volgen, al zou ik zelf een voornaamwoordelijk bijwoord, een voorzetsel en een lidwoord toevoegen: ‘Waar ga je naartoe? Wij gaan naar de aula’.  Voorbeeld 2 is lastiger. Ik vroeg de betreffende leerlingen wat ze hiermee bedoelden en er bleek een hele wereld schuil te gaan achter deze twee woordjes. De vraag ‘wat?’ bleek een verkorting van ‘wat is er met je’ en het antwoord ‘nee’ verving de zin ‘ik heb geen zin om hierop te antwoorden’. Ik vroeg de leerlingen hoe ze elkaar begrepen en ze deden heel erg hun best om me dat uit te leggen, maar dat lukte niet zo goed: wat voor hen vanzelfsprekend was, was dat voor mij niet. Ik was natuurlijk ook benieuwd naar het waarom van deze verkortingen; ze gaven als reden dat ze veel te ongeduldig waren om hele zinnen te formuleren. Dat ze dat wel degelijk kunnen, blijkt gelukkig wel in de les.

Ik heb in vwo-6 net prachtige presentaties gehad over straattaal, misschien kan een volgende groep eens aandacht besteden aan het krimpverschijnsel.

Ik ben benieuwd!

 

 

 

 

 

WEER NAAR SCHOOL

Weer naar school…Sinds enkele weken geef ik weer les op mijn oude school, het Pieter Nieuwland College in Amsterdam. Ik vind het heerlijk! Vanwege het lerarentekort was er een probleem aan de kant van de school om de zesde klassen van het vwo te bemensen en een probleem aan mijn kant omdat ik het lesgeven en de leerlingen zo miste en voilà: een mooie match! Ik mag de beide vwo6-klassen lesgeven en ik voel mij weer als een vis in het water. Vier jaar geleden ging ik met pensioen en er is weinig veranderd, merk ik. De leerlingen zijn nog even aardig en energiek. Ik blijf op mijn oude dag nog steeds idealistisch en dus: veel poëzie en literatuur in mijn lessen! Daar hebben de meeste leerlingen wel moeite mee, die ontlezing is er helaas echt. Maar dat is geen reden om je er bij neer te leggen natuurlijk. Ik houd van mijn vak en van de leerlingen en ik vind het ontzettend leuk dat ik weer een tijdje mee mag doen!

T KOFSCHIP

Ín de trein, een coupé met een groep vrolijke jongens van een jaar of negentien, twintig die luid hun vakantieplannen bespreken. En ja hoor: Mallorca, Cherso, zuipen, wijven. Tot opeens het gespreksonderwerp verandert en een van hen zegt: ‘Nee man, dat schrijf je niet met een d maar met een t!’ En een ander voegt daaraan toe: ‘Je weet toch, ‘t kofschip!’ Ik schiet in de lach, vertel dat ik docent Nederlands ben geweest  en er ontstaat een leuk gesprekje: ‘Ja, dat kofschip, zo leer je het wel hoor!’ zeggen ze. Daarna zie ik ze enigszins panisch denken: wat hebben we allemaal nog meer gezegd?! Heeft ze dat ook gehoord?!  Ja jongens, dat heb ik ook gehoord, maar daar keek ik lang niet zo van op als van dat kofschip…